Wat vind jij van de Verwijsindex? We spreken met Huisartsenpraktijk Compaenen
Met wie hebben we gesproken? Met Berend Sietze van der Woude, hij is ruim tien jaar werkzaam als praktijkondersteuner GGZ binnen de huisartsenpraktijk. Samen met twee collega’s en de huisarts vormen ze al jaren een stabiel team. In principe zien ze in de praktijk iedereen tussen 0-100 jaar, maar als POH-er GGZ zien ze niet heel veel jongeren. Ze zijn onderdeel van de groepspraktijk Compaenen met dertien huisartsen (waarvan een aantal waarnemend of in opleiding) en een groep ondersteunende medewerkers.
Het proces rondom de Verwijsindex bij Compaenen
Vanuit de POH-ers zien ze vooral het belang van de ViF op het stuk preventie bij jeugd, de ViF helpt om niet ‘langs elkaar heen te fietsen’. Jongeren willen nog wel eens hapsnap aan de bel trekken, om vervolgens weer uit beeld te verdwijnen. Als betrokken hulpverleners via de ViF hun visitekaartjes naast elkaar leggen, zorg je ervoor dat je van elkaar weet dat je betrokken bent bij de jongere. De huisartsen waren eerst wat huiverig om het instrument te gaan gebruiken, het invoeren van iets nieuws leidt meestal tot extra werk en daar zaten ze niet om te springen. Afgesproken is dat de regie en de uitvoering volkomen bij de praktijkondersteuners liggen. Eens in de drie maanden is er een multidisciplinair overleg tussen CJG, artsen en jeugdwerkers waarin ook de ViF onderwerp van gesprek is.
Het werken met de Verwijsindex en de meerwaarde ervan
De keuze om met de Verwijsindex te gaan werken kwam voort uit de insteek “Zo doen we het, zo hoort het”, ingegeven door de werkwijze van de GGZ en de gemeente. De praktisch aansluiting ging heel soepel, een kwestie van een mail sturen, de toetredingsovereenkomst tekenen en medewerkersgegevens aanleveren. De helpdesk van de Verwijsindex regelde vervolgens de accounts en de inloggegevens en daarna was het systeem gebruiksklaar.
De medewerkers van Compaenen herkennen en onderschrijven de uitgangspunten van de Verwijsindex Fryslân, nl. preventief, laagdrempelig, vroegtijdig signaleren. Juist het preventieve stuk wordt van harte onderschreven, er wordt standaard een signaal afgegeven als een jongere zich meldt met een hulpvraag. In een enkel geval komt het voor dat er niet wordt gesignaleerd als het probleem voornamelijk bij de ouders ligt.
Praktijkvoorbeeld van het werken met de Verwijsindex
Wanneer een jongere zich meldt voor een afspraak met de praktijkondersteuner worden ze geïnformeerd over het signaleren in de ViF, ze krijgen een folder mee, waarin een en ander kort wordt uitgelegd. Bij een signaal op de jeugdige ontstaat eigenlijk altijd een match en dat is ook logisch, want wanneer een jongere bij de praktijkondersteuner komt, is er al sprake van de nodige problematiek. De matches zijn bijna altijd met medewerkers van scholen. Een voorbeeld hiervan is dat een jongere het even niet redde op school en in een traject kwam van drie maanden uit het onderwijs. De POH heeft – in overleg met de jongere – een signaal afgegeven in de ViF, waarop een match ontstond met een medewerker van de school. Vervolgens is er meteen een afspraak gemaakt om samen met de jongere te bekijken wat er nodig was. Hieruit bleek dat er aanvullende hulp nodig was, wat meteen geregeld kon worden door de praktijkondersteuner. Zo werd een stuk vertraging voorkomen en werd de jongere snel en adequaat geholpen.
Tips voor het werken met de Verwijsindex
Vanuit Compaenen wordt geadviseerd om de trainingen anders te organiseren, bijvoorbeeld door langs te gaan bij een nieuw aangesloten organisatie. Ook hebben ze moeite met de termen regiefunctie, die vinden ze erg zwaar. De benaming Verwijsindex vinden ze de lading niet dekken, er wordt niet verwezen en het is ook geen index. Zij hebben er daarom ook voor gekozen om een eigen flyer te maken, waarmee ze de jongeren in hun eigen woorden informeren over het gebruik van de Verwijsindex Fryslân.
Tops voor het werken met de Verwijsindex
Grote kracht van het systeem is de eenvoud, na het afgeven van het signaal ontstaat er onmiddellijk een match.